Mijn bevallingsverhaal
- Stefanie Margerin
- 14 jan 2024
- 4 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 24 jan 2024
Van zodra week 39 van start was gegaan en ons kindje aldus volgroeid was, wachtte ik vol ongeduld op de bevalling. Die eindeloze waaier aan zwangerschapsklachten, het mocht van mij allemaal gedaan zijn. Hoe sneller ze er zou zijn, hoe liever. Tijdens mijn 39-weken echo wist de gynaecoloog mij echter de boodschap te brengen dat de bevalling waarschijnlijk nog niet voor binnenkort zou zijn en plande hij al meteen een vervolgafspraak in op vrijdag 2 november. Dat was de dag nà mijn uitgerekende datum. Are you kidding me?! Ga ik nu echt nog over tijd gaan ook? Ik werd er helemaal moedeloos van.
Diezelfde avond waren de bevallingsgoden mij echter zeer gunstig gezind. Rond middernacht, toen Thomas en ik in bed lagen, brak mijn water. Het was niet helemaal zoals ik me had voorgesteld - het was een kleine hoeveelheid in plaats van een waterval - maar na een telefoontje aan het bevallingskwartier vertrokken we met onze koffers richting het ziekenhuis. Tijdens de autorit begonnen de weeën op te komen. Halleluja, de bevalling was eindelijk van start gegaan!

Nadat ik even aan de monitor werd gelegd in het ziekenhuis, mochten we ons installeren in een bevallingskamer. Het was toen ongeveer 2u ’s nachts. Ik had om de 10 à 15 minuten een wee en de pijn was draaglijk. Tot in de ochtend bleef diezelfde frequentie van weeën echter aanhouden, doordat mijn vliezen blijkbaar nog niet volledig waren gebroken. Toen de gynaecoloog daar verandering in had gebracht, begonnen de weeën elkaar veel sneller op te volgen. Ik had op dat moment zo’n drie centimeter ontsluiting. Om te kunnen bevallen moest er 10 centimer ontsluiting zijn, dus we hadden nog wel even te gaan.
Nog geen uur later had ik weeën om de 2 à 3 minuten. Ze volgden elkaar zo snel op en waren zo pijnlijk, dat ik mij in een soort van trance bevond. Ik had enkel nog oog voor mijn ademhaling en voor Thomas. Tijdens elke wee duwde hij met zijn handen op mijn onderrug, hij bracht mij water, hij ondersteunde mij. Hij bleef heel kalm en dat was precies wat ik nodig had. Middenin de weeënstorm vroeg ik om epidurale verdoving. De weeën volgden elkaar evenwel al zo snel op, dat het inspuiten van de verdoving erg snel moest gebeuren. Mijn rug lijnrecht houden voor die spuit lukte door de pijn niet meer en door de haast had ook de plaatselijke verdoving onvoldoende kunnen inwerken. Die naald voelde als een mes door mijn rug.

Maar dan begon de epidurale verdoving te werken. Het was ongelooflijk. Ik voelde geen pijn meer, niets. Ik dacht even dat mijn weeën gestopt waren, maar op de monitor zag ik de weeën elkaar nog steeds snel opvolgen. Hémels. Ik kon anderhalf uur slapen en wachtte op verdere ontsluiting. ‘Wat een geweldig spul die epidurale verdoving’ dacht ik toen. ‘Bij een volgende bevalling vraag ik gewoon van in ’t begin epidurale verdoving en dan stelt die bevalling toch eigenlijk niet veel voor qua pijn?’. De verpleegster had bevestigd dat ik nu tot en met het persen geen pijn meer zou voelen. Ik was helemaal in mijn nopjes.
Maar, uiteraard, het klonk te mooi om waar te zijn. Door de epidurale verdoving nam de frequentie van mijn weeën af, waardoor ze mij via een infuus weeënopwekkers moesten toedienen. Van zodra die waren ingewerkt, kreeg ik opnieuw een weeënstorm en kwam de helse pijn ineens weer door. Ik ga ervan uit dat dat komt doordat het zetten van de spuit tijdens die weeënstorm snel snel had moeten gebeuren... Hetzelfde speelde zich af als eerder die dag. Dezelfde intense pijntrance. Ik kon het niet verdragen, noch volhouden. De dosis van de epidurale verdoving werd daarop via het infuus opgedreven zodat ik geen pijn meer zou voelen, maar toen daalde opnieuw de frequentie van mijn weeën. Die vicieuze cirkel heeft ùren geduurd: meer epidurale verdoving -> lagere frequentie van de weeën -> weeënopwekkers -> plots weer pijn -> meer epidurale verdoving.
Intussen was ons kindje ook nog een ’sterrenkijkertje’ geworden. Nadat ze negen maanden lang in perfecte bevallingspositie had gelegen, was ze tijdens de weeën met haar gezichtje naar mijn buik toe gedraaid in plaats van naar mijn rug toe. Ze lag dus nog wel met haar hoofdje naar beneden toe, maar het betekende dat de bevalling moeizamer zou verlopen. In die positie geraakt het kindje blijkbaar moeilijker door het geboortekanaal, waardoor er meer kans is op een spoedkeizersnede. Dat wist ik toen nog niet en de verpleegsters vertelden er mij weinig over om me niet ongerust te maken - maar ik voelde de spanning in de kamer hangen.
Rond 22u00 werd er beslist om toch stilaan over te gaan op het persen. Mijn lichaam was ondertussen al 22 uur lang in arbeid, waardoor ik koorts had en ontzettend misselijk was. Ik had al meer dan 24u amper gegeten of geslapen. Ik was helemaal op. Ik trilde van de vermoeidheid en moest overgeven. Toen de gynaecoloog zei dat ze het hoofdje kon zien, barstte ik in tranen uit. Eindelijk was het einde in zicht.

En plots was het zo ver, onze lieve kleine Julie was geboren. Op vrijdag 27 oktober 2023 kwam ze om 22u56 ter wereld, met haar 49 cm en 2,865 kg. Een pracht van een kindje. Voor de helft Thomas, voor de helft ik. Ons baby'tje was eindelijk bij ons. Ze werd op mijn borst gelegd met een mutsje en dekentje op. En het cliché is waar, plots vergeet je alle pijn. Ik zou het zo opnieuw doen.




.jpg)


Opmerkingen